Spiceplantations in Vandanmedu

Na een zeer lekker en uitgebreid ontbijt; dit keer binnen terwijl de rest buiten zat vertrokken we om negen uur. Toevallig tegelijkertijd met de andere stelletjes die samen verder gingen naar Cochin. Nadat er betaald was werden we eindelijk naar het kantoortje gebracht van het verhuurbedrijf waar we moesten betalen en na wat onderhandelen de helft vooraf en de andere helft op het vliegveld bij afzetten. En liepen we nog wat rond door de stad omdat de chauffeur nog iets moest ophalen, maar was de katholieke Mount carmel church helaas gesloten. De chauffeur wou ons opnieuw heel veel sightseeing laten zien dus bracht hij ons naar de CSI church, die hier gebouwd werd door de Engelsen waarvan de ambtenaren hierheen trokken in de winter als het bij de kust te warm werd. Zij zijn ook diegene die hier begonnen zijn met het bebouwen van theeplantages zoals we later in het Tea museum te horen kregen. Opvallend is dat van dit bedrijf dat voorheen in handen was van Tata nu 60% in handen is van de eigen werknemers en ze dus zelf belangrijke besluiten nemen en een dag per week verplicht vrij moeten nemen. In het museum was ook een opstelling gemaakt van de machines die bij het productieproces aan de orde kwamen, kregen we een documentaire te zien over de geschiedenis van het bedrijf en was er een kleine verzameling van voorwerpen die hier door de Engelsen heen gebracht waren. Na deze korte sightseeing verlieten we Munnar en gingen we op weg naar Vandanmedu; vlakbij Kumily waar we de volgende ochtend vroeg wouden zijn. Onderweg reden we eerst langs heel veel theeplantages met heel veel uitzichten en nog meer stuwmeren tot we weer in het regenwoud kwamen waar zich heel veel cardamomplantages bevinden. Bij een van deze plantages stopten we omdat we hier uitleg konden krijgen over de verschillende soorten kruiden tijdens een spiceplantationtour. Een man ging ons ruim een uur voor en liet ons onder andere peper, ginger, tabak, cardamom, chili, ginger, knoflook en limoengras zien. In het midden van de plantage was er een waterreservoir met een boomhut dat gebruikt werd om olifanten weg te jagen als het in de zomer droog was en ze daarheen kwamen om water te drinken. Nog veel verder in het regenwoud kwamen we tegen half vijf aan in het hotel; dat ook gelegen was in een thee en kruidenplantage. Hier had ik de zogenaamde circular room (ronde kamer) gereserveerd wat betekende dat we een soort torentje kregen met beneden een slaapkamer met rond bed, tv, kast en douche en boven een rond terras. Het idee was om even te douchen uit te rusten en dan een wandeling te maken, maar na het douchen hadden we meer zin om wat te lezen, film te kijken en vanwege de regen maar roomservice te bestellen. Dit ging echt supernetjes; want we werden tegen acht uur gebeld of we nog naar het restaurant kwamen of we roomservice wensten. We hadden helaas iets te veel besteld maar het eten was echt super lekker. Helaas was er tegen het einde van een film in een superspannende scene een stroomstoring dus misten we helaas hoe het afliep dus gingen we maar slapen.