Rijk en arm
Door: Linda
Blijf op de hoogte en volg Mama
19 September 2011 | Indonesië, Bandung
We begonnen in een nabijgelegen dorpje met een bezoek aan de lokale fruitmarkt. Echter in vergelijking met Brastagi stelde dit niet zoveel voor. Wel hebben we wat fruit ingeslagen om morgen mee te nemen op onze treinreis. Hier hebben we ook de zogenaamde Anklung gezien. Een muziekinstrument wat in deze omgeving erg populair is.
De volgende stop was bij de top van de Pandayan vulkaan. Met de auto konden we helemaal door het natuurgebied naar boven waar we vlakbij de top konden parkeren. Het was hier ondanks het vrij vroege tijdstip al zeer druk met lokale toeristen. Na een paar foto's met de krater op de achtergrond hebben we een deel van het rondje om de krater heen gelopen. De lucht van rotte eieren was zeer sterk aanwezig en uit het midden van de krater kwam een constante stroom van stoom. In de krater waren ook twee mensen bezig met een seismograaf. We zijn een stuk langs de krater gelopen, waar ik ergens nog bijna uitgleed vanwege de losse steentjes. Waarna we door het wandelpad omzoomd met souvenirwinkeltjes terug zijn gelopen. De gids en chauffeur stonden al te wachten zodat we gelijk door konden naar de volgende stop.
Als extra excursie hadden we gekozen voor een bezoek aan een theefabriek. In India had ik dit ook al bezocht en dit leek ons allebei wel leuk. Voordat we echter naar deze fabriek in handen van de overheid reden maakten we een stop langs de weg waar blijkbaar alle toeristen die deze escursie maken stoppen. Midden tussen de theevelden was er namelijk een groep vrouwen die je gelijk bij de armen pakte, een strohoed opzetten en riepen dat je met ze op de foto moest. Een keus had je niet. Dus Ruben heeft trouw een foto gemaakt, waarna ze natuurlijk wat geld wouden. We zijn wat verder de plantage opgelopen zodat we wat meer van het uitzicht konden genieten. Aan de bossen te zien waren ze hier net klaar met plukken, want de bovenste takken ontbraken. Vanaf hier was het nog een klein stukje naar de fabriek waar het even wachten was op de lokale gids. In de tussentijd kon ik gelijk een rondje lopen om foto's van de omgeving te maken. Ook hier hadden we geluk, want normaal is de fabriek op maandag gesloten, maar in verband met de ramadan die net (volgens mij al een tijdje) voorbij is was hij nu wel open. Met de gids liepen we het hele rondje, van waar de vrachtwagens aankomen, de eerste hal waar gedroogd wordt, de tweede hal, met het fermenteren en uitzoeken en het verschil in kwaliteit van de thee. Eerste kwaliteit voor witte en groene thee, en vervolgens tweede kwaliteit voor theezakjes en tot slot nog voor de lokale markt. 90% van de omzet in deze fabriek was bedoeld voor de export! Na het hele rondje, met natuurlijk een bezoek aan het laboratorium waar de thee geproefd wordt om de prijs te betalen kregen we een kop thee om te proeven en een souvenir om mee te nemen.
Na de theefabriek reden we naar de bronnen van Ciater. In dit gebied met grote vulkanische activiteit waren vele bronnen waaromheen allemaal resorts worden opgebouwd. Bandung werd door onze gids dan ook wel vergeleken met het Wassenaar van Nederland, ook vanwege de enorme villa's aan de rand van de stad. In een van die resorts reden we naar het zwembad waar we even lekker konden ontspannen. Het water was weliswaar niet al te schoon, maar de temperatuur van 42 graden was zeer aangenaam (al was het wel even wennen). Nadat wij de eersten waren die dit aandurfden zag je al snel ook andere mensen het water in gaan. Aangezien de zon lekker scheen tussen de vele wolken door konden we nog lekker op een ligbed genieten van een drankje. Na een uur hadden we hier echter wel genoeg van, of eigenlijk wel behoefte aan de lunch dus liepen we naar het naastgelegen restaurant. Ook hier was er een beperkte keus wat betreft rijsttafel in vergelijking met Sumatra, maar waren de gerechten die ze hadden zeer goed.
Tegen drie uur reden we weer de omgeving van Bandung binnen vanuit het noorden. Verspreid door de buurt liggen hier ook verschillende faculteiten van de universiteit die zeer bekend schijnt te zijn. Ook reden we door de zogenaamde Jeans Street waar vele winkels zijn gevestigd die zoals de naam het al zegt spijkerbroeken verkopen en andere kleding. Veel luxe winkels, resorts en restaurants zijn hier dan ook gevestigd. In het hotel hebben we onze tassen alvast ingepakt zodat die met de chauffeur op pad konden, aangezien dit langer duurt dan met de trein. Na even uitgerust te hebben hadden we nog een halve middag voor onszelf die we hebben besteedt aan het kennismaken met de binnenstad. Volgens de lonely planet was er sinds de Nederlandse tijd een verschil tussen het noorden en zuiden van de stad (verdeelt door het spoor) wat nog steeds zeer zichtbaar was. In het noorden waren de grote vila's maar hier waren de huizen dicht op elkaar gebouwd. Vanuit het hotel hebben we een wandeling gemaakt naar een winkelcentrum dat we op de kaart zagen staan, maar kwamen terecht bij de grote moskee. Op het plein voor deze moskee was het erg druk met allerlei straatartiesten, zelfs een treinbaan ontbrak niet. Na een klein stukje door de winkelstraat, waar ze voornamelijk kleding verkochten zijn we teruggelopen. Eerlijk gezegd hadden we genoeg van de luchtvervuiling, lawaai, drukte en armoede die hier heerst.
In de hotelkamer konden we weer even bijkomen voor we op pad gingen om weer lekker nederlands te eten (steak met knoflook en stoganoffsaus). Straks vroeg naar bed, want morgen vertrekken we al om zeven uur...
Reageer op dit reisverslag
Je kunt nu ook Smileys gebruiken. Via de toolbar, toetsenbord of door eerst : te typen en dan een woord bijvoorbeeld :smiley